X

Wat betekent het regeerakkoord voor het pensioen?

01-11-2017  |

AZL Nieuwsflits over pensioen in regeerakkoord

Op 10 oktober 2017 is na maanden van onderhandelen het nieuwe regeerakkoord gepubliceerd. Het kabinet Rutte III is van plan om het pensioenstelsel te vernieuwen op basis van de bestaande voorstellen van de SER. De stijgende levensverwachting en de lage rente als gevolg van de financiële crisis hebben de kwetsbaarheid van het huidige pensioenstelsel aan het licht gebracht. In het regeerakkoord somt het komende kabinet voorwaarden en maatregelen op die moeten leiden tot een nieuw stelsel dat beter aansluit op de veranderende omstandigheden. Het beoogde jaar van invoering is 2020. AZL heeft voor u de hoofdlijnen over pensioen kort op een rij gezet.

1) Afschaffing doorsneesystematiek op termijn
Eén van de meest in het oog springende maatregelen is de afschaffing van de doorsneesystematiek en dus ook de doorsneepremie. Er wordt verplicht overgestapt van een leeftijdsonafhankelijke pensioenopbouw naar een leeftijdsonafhankelijke pensioenpremie. Deelnemers krijgen een opbouw die past bij de ingelegde premie. Het gevolg hiervan is dat de pensioenopbouw daalt naarmate de deelnemer ouder wordt. Voor de afschaffing van de doorsneepremie is een passend overgangsregime van groot belang. De verplichte leeftijdsafhankelijke opbouw van aanspraken en de leeftijdsonafhankelijke premie is van toepassing op alle soorten pensioenovereenkomsten. Ook pensioenfondsen met een premieovereenkomst moeten aan de slag.

2) Behoud verplichtstelling en collectieve uitvoering van pensioenregelingen
Het komende kabinet handhaaft de verplichte deelname aan bedrijfstakfondsen en beroepspensioenfondsen. Het uitgangspunt van collectieve uitvoering blijft daarbij in stand. Met de handhaving van de verplichtstelling blijft het fundament onder het nieuwe pensioenstelsel behouden.

3) Individueel pensioenvermogen met collectieve risicodeling
Het kabinet laat de uitwerking van het nieuwe pensioencontract met individuele pensioenvermogens over aan de sociale partners. Onderdeel van de regeling blijft een collectieve uitkeringsfase waarin de deelnemers de langleven- en beleggingsrisico’s delen. Aan de collectieve buffer die hiervoor moet zorgen worden regels gesteld. Het streven van de nieuwe regering is om het in 2018 op hoofdlijnen eens te worden over de overgang naar dit type contract. Het kabinet stelt zich tot doel de wetgeving in 2020 gereed te hebben. De implementatie kan daarna beginnen. Pensioenfondsen moeten tijdig de besluitvorming voorbereiden.

4) Uitvoeringskosten: beheersing en transparantie
In het regeerakkoord heeft het komende kabinet ook oog voor kostenbeheersing en transparantie door pensioenfondsen. De vraag die vanuit verschillende richtingen wordt gesteld is hoe de beheersing van kosten samenhangt met de kosten die door het overheidsbeleid worden veroorzaakt. Hierbij wordt gedacht aan de kosten van het gebruik van digitale middelen van de overheid en de doorbelaste kosten van de toezichthouders.

5) Aanpassingen aan het fiscale pensioenkader
Het kabinet is van plan om te onderzoeken of in het fiscale pensioenkader alleen grenzen aan de in te leggen pensioenpremie gesteld kunnen worden. Er zijn geen concrete maatregelen over verdere versobering van het fiscale kader opgenomen in het regeerakkoord.

6) De keuzevrijheid van deelnemers wordt verruimd
Het nieuwe pensioenstelsel moet deelnemers meer ruimte bieden voor keuzes die passen bij de persoonlijke situatie van de deelnemer. Het kabinet onderzoekt of het mogelijk is om een beperkt deel van het pensioenkapitaal op te nemen als bedrag ineens bij pensionering. Daarnaast verwacht kabinet dat het na de hervorming eenvoudiger wordt om in de opbouwfase vermogensopbouw in de eigen woning te integreren in de eigen woning. Waarschijnlijk doelt het kabinet hier op de mogelijkheid om met pensioenpremies de hypotheek af te lossen. Het nieuwe stelsel moet de mogelijkheid bieden om     ZZP-ers op vrijwillige basis te laten aansluiten.

7) Risicodekkingen blijven noodzakelijk
Uit het regeerakkoord blijkt dat het nieuwe pensioenstelsel in ieder geval een gepaste dekking voor nabestaandenpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen moet bevatten.

8) Ondersteuning overgang naar nieuw pensioenstelsel
Het kabinet erkent de uitdaging waar de pensioenfondsen voor staan en wil de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel vergemakkelijken door maatwerk binnen bepaalde kaders mogelijk te maken. Dit kan bijvoorbeeld door de fiscale pensioenkaders tijdelijk te verruimen om zo de transitielasten op te vangen en het collectief omzetten van bestaande aanspraken in persoonlijke pensioenvermogens toe te staan. De randvoorwaarden hiervoor moeten nog worden besproken met sociale partners.

9) Digitalisering
In het regeerakkoord is opgenomen dat het Basisregister Personen de mailadressen van alle burgers gaat bevatten. Pensioenfondsen kunnen op basis hiervan een bestand aanleggen van de mailadressen van de deelnemers en gepensioneerden. De pensioenfondsen kunnen hierdoor eenvoudiger digitaal communiceren wat uiteindelijk een kostenbesparing met zich meebrengt.
 

« Ga naar het overzicht


ContactPostbus 61 - 2700 AB - Zoetermeer